Over 'Onklare taal'

'Onklare taal' is de verzamelnaam van diverse tekstprojecten van mijn hand. Dit is de poëzieafdeling daarvan. Hier kan je zowel de laatste nieuwe gedichten als ook een selectie van oudere gedichten vinden. De weg een beetje kwijt? Deze link brengt je terug naar de homepage van 'Onklare taal'.

Overigens kan je hier gratis mijn poëziebundels downloaden in PDF-formaat: 'Epicentrum' (2012), 'Synaeresis' (2012), 'Subductie' (2013), 'Enceladus' (2015), 'Volterra' (2017), 'De snelheid van de duisternis' (2019) en 'Indiscrete wiskunde' (2021). Behalve 'Synaeresis', dat één verhalend gedicht is in twee delen, bevatten de anderen telkens een 30-tal geredigeerde en zorgvuldig geselecteerde gedichten, met duiding en een nieuwe indeling. In 2020 verscheen mijn debuutroman 'Fragmentariërs'. In 2023 bracht ik de opvolger 'Constellatie' uit.

zondag 19 november 2023

Drie uren

Ik heb vannacht maar drie uren geslapen en zonder een slaapmiddel was dat wellicht zelfs niets geweest. De reden valt volledig op de schouderloze schoudertjes van mijn nieuwe huisgenoot, de jonge kitten-kater Pascal. Die heeft zo goed als de hele nacht kabaal gemaakt: gekke sprongen maken op en rond het bed, rondracen door het appartement of luid spinnen terwijl hij met mijn hand probeerde te spelen. Ik reageer me niet af op het arme dier, hij doet maar wat zijn natuur hem ingeeft en hij is tenminste niet meer zo bang en zielig als hij was tijdens zijn eerste twee weken bij mij, toen hij de hele tijd liep te piepen, op zoek naar zijn mama en groetjes en zusjes, gedesoriënteerd en klein.

Mijn zenuwen zijn shot to shit. Het voorbije weekend heb ik integraal moeten gebruiken om niet in te storten. Voor de goede verstaander: dat is niet hetzelfde als de batterijen opladen, maar eerder voorkomen dat je batterijen exploderen. Het is de gebruikelijke cocktail die verantwoordelijk is voor die toestand: geldzorgen (plotselinge achterstallige belastingen!), gezondheid (een hele week ziek zijn en toch werken zoals elke rechtgeaarde Vlaming!) en mentaal geswaffeld worden door veeleisende klanten op het werk. 

Dat, samen met een gebrek aan slaap, kan al eens leiden tot donkere gedachten. Donkerder dan anders. Ik bedenk me dat ik eigenlijk niet had mogen bestaan, misschien een vergissinkje ben in het universum. Ik heb letterlijk elke slechte eigenschap geërfd van mijn beide ouders en heb er zelf nog een paar bijgekweekt doorheen mijn leven. Men zegt vaak dat ik best intelligent ben maar het enige wat je ermee koopt is hoe veel scherper je alles ziet dat verkeerd loopt. 

Soms lijkt het alsof mijn leven zelf een verhaal is dat ik heb geschreven en dat alles wat er werkelijk toe gedaan heeft in dat leven, geen contact heeft gemaakt met de realiteit. Dat er nergens een aanwijsbaar resultaat is geboekt en dat de voorbije vier decennia zich bondig laten samenvatten als een vage vetvlek zonder belang. Een droom waarin ik zelf niet eens echt lijk te bestaan. Dat soort gedachten is vergif, ik weet het, maar ik heb ze wel.

Tevens ben ik niet zomaar een onschuldig schaap. Bijvoorbeeld de dating app die ik gebruik confronteert me dagelijks met mijn lelijke kanten door de instant-oordelen die ik vel over de profielen die ik te zien krijg. Zo veel mensen lijken gewoon geen enkele moeite te doen om zich leuk te presenteren. Ik sluit de app af en kijk door het venster. Het is ook gewoon een miezerige herfstdag en veel mensen lijken er de pest in te hebben. Intussen heb ik al mails gehad van drie knorrige klanten. Soms wil ik wel eens zeggen dat ik ook maar mijn best doe, dat ik ook maar een overlever ben die zo goed als machteloos is om de structuren en systemen waar we deel van uitmaken te veranderen.

Is dat echt zo? Men zegt dat ware verandering begint bij jou thuis, maar zoals the Spaceape ooit zei: “Look, look upon the state of your home.” 

Ik sluit mijn ogen en stel me voor dat ik op Mars ben, als lid van de eerste menselijke kolonie aldaar, met vista’s van oneindig rode woestijnen, stofstormen en permafrost. Geen mens die er me kan bereiken met een pinnig e-mailtje, geen oude lullen in pantserbakken die me van het fietspad kunnen rijden, geen nachtmerries over inadequaat zijn. Maar ach, ook in dit utopisch mijmeren vindt de bagagetrein van miserie je vroeg of laat wel, want wie weet zijn je collega-astronauten onuitstaanbare eikels en ben jij diegene die de meest misvormde patatten heeft gekweekt.

Als ik mijn ogen open is het nog altijd volop herfst buiten. Ik hou me voor dat mijn stemming toch vooral te maken heeft met het slaapgebrek, dat mijn gevoelens niet ik zijn, en zo voort en zo verder. Voor iemand in mijn naam de Zelfmoordlijn belt of een wellness-interventie op poten zet met Dirk De Wachter, Marie Kondo en president Zelensky. Vanavond ga ik best maar wat vroeger gaan slapen en mijn plannen stilletjes opbergen om me te houden aan m'n voornemen om te schrijven. Want dat is natuurlijk het vreemde aan dit alles: ook al was ik de laatste persoon in de kosmos, ik zou schrijven. Niet alleen is dat mijn ventiel, maar ook mijn dialoog met mezelf als niemand anders er is of als ik tijd nodig heb om gesprekken te voeren in opperste stilte.